Mijn Heeroom. Pionier in de jeugdzorg. Een belangrijke inspiratiebron is mijn oom. Heeroom. In katholieke gezinnen de aanspreektitel van een oom die in religieus verband woonde en werkte. 'Onze' heeroom was directeur van een jongensinternaat.
Moeilijk opvoedende ouders
We zagen mijn oom vaak. Hij kwam geregeld op familiebezoek. Met veel respect en humor sprak hij over de 'moeilijk opvoedbare kinderen' die aan zijn zorg waren toevertrouwd. De benaming nú zou zijn: kinderen met ernstige gedragsproblemen. Dat het vaak om moeilijk opvoedende ouders ging en dus om het hele systeem, kreeg ik als kleuter al uit de gesprekken mee. Zijn verhalen over de kinderen, hun ouders en over het 'jongensdorp' waaraan hij leiding gaf, spraken tot mijn verbeelding. Naarmate ik ouder werd begreep ik beter de context waarin hij in de jaren zestig en zeventig werkte.
In 1957 vond zijn kloosterorde dat hij vanuit Amsterdam naar Limburg terug moest gaan om er een jongensinternaat op te zetten. De bemoeienis van de overheid bij de zorg voor jeugdigen stond nog in de kinderschoenen en behandelmethoden waren nog niet voorhanden. Mijn oom had slechts zijn eigen gedachtengoed waarop hij kon bouwen. Daarin stonden drie overtuigingen centraal.
- Probeer altijd het goede in het kind te zien en beschouw vreemde uitingen als een roep om hulp.
- Voorwaarde voor succesvolle behandeling is liefdevolle nabijheid ter bevordering van hun geluk
- Kinderen en medewerkers vormen tezamen een woon- en werkgemeenschap. Alle volwassenen hebben elkaar nodig bij hun helpende taak en om kracht te putten uit de omgang met elkaar. Op die manier zijn zij een voorbeeld en leren zij de kinderen met anderen omgaan.
Hij wist deze persoonlijke overtuigingen om te zetten in een vooruitstrevende organisatie. Maar ook landelijk had hij groot aanzien vanwege zijn beleid en aanpak. Zijn overtuigingen, durf en doorzettingsvermogen, waren de stuwende kracht. Hij stond aan de basis van de professionele jeugdzorg. Hij was een echte pionier.
Wat mij zo treft in heeroom, is dat hij door 'gewoon' bij zichzelf te blijven, zoveel ontwikkelkracht kon genereren.
Hij is al lang geleden overleden, maar ik zou hem graag vragen 'Heeroom, welke kant moeten we op met onze jeugdzorg?' Ik denk dat hij z'n overtuigingen dan zou herhalen en dat die nog zouden werken ook.
Méér inspiratiebronnen: De verbaasde kabouter, Christopher Boone, Leven van de wind.